De Yo-Yo is een motorspits. De spits is een vrachtschip, gebouwd op de maat van de sluizen in Frankrijk. Dit scheepstype heeft een rechte steven en meestal een volle, ronde kont. De stalen of ijzeren beplating werd aanvankelijk handmatig rondgeklopt in het zand. Als je goed kijkt, kun je de hamerslagen in de rondingen zien.
Typisch voor een spits is de lage opbouw met demontabele stuurhut, om onder lage bruggen en door tunnels te kunnen varen. Ze kunnen worden geballast met water. Het ruim is in tweeën verdeeld door een ballast-schot.
Spitsen worden nog steeds gebruikt voor de vrachtvaart in Nederland, België, Frankrijk en Duitsland. Ook op het Wilhelminakanaal varen nog spitsen, met bijvoorbeeld gerst of hop voor bierbrouwer Bavaria in Lieshout.
bouwjaar | scheepswerf | laadvermogen | afmetingen l x b | ledige diepgang |
1931 | Louis Mory te Peronnes (België) | 330 ton | 38,68 m x 5,04 m | gemiddeld 40 cm |
voormalige & huidige motor
3-cilinder tweetakt abc gloeikopmotor (Anglo Belge Corporation) 90 pk; dit is de originele motor.
lading
Met staal vanuit België richting Parijs, met graan en hop terug
vaargebied in het beroepsvaartverleden
Vooral België en noord- en midden-Frankrijk, soms ook Nederland
Vaargebied tegenwoordig: Noord-Brabant
voormalige beroepsschippers
1933 - 1980/1985 Zephyr en Risilda Derijk, thuishaven: Thuin aan de Sambre in België
over dit schip
Omstreeks 1960 kreeg de Yo-Yo een nieuwe theehut vóór de stuurhut. Het schip bevindt zich verder nog in de bouwstaat. Zelfs de originele abc gloeikopmotor staat er nog in.
Bijzonder aan de Yo-Yo is ook de vrij bewerkelijke, ronde luikenkap van hout. Men boog per luik eerst drie balkjes, waarop vervolgens dwarsplanken werden genageld. De balkjes werden gebogen met een brandende strobos. De naden werden afgedicht met ‘presenningband’ – een reep stof – en waterdicht gemaakt met bruine teer.
De eerste eigenaren van de Yo-Yo stopten in 1980 met de vrachtvaart en bewoonden daarna het schip in Thuin in België, totdat de schipper in 2002 overleed. Vervolgens is het schip met de eerste nieuwe, particuliere eigenaar naar de Tilburgse museumhaven gekomen.